Een artikel met de inspirerende titel ‘Digital health is an imperative, not an option’ vormde de aanleiding voor verdieping in het onderwerp ‘on-demand and real-time technologies’ en het voeren van een gesprek met de auteur van dit artikel, Angelo De Rosa van Boston Scientific (BS). Het gebruik van ‘on-demand and real-time technologies’ is een trend die al een aantal jaren geleden is ingezet en een boost heeft gekregen tijdens de coronapandemie. Wat kunnen deze technologieën de patiënt, arts, ziekenhuis en maatschappij opleveren? Samenwerking met andere MedTech bedrijven en het vergoedingssysteem voor nieuwe medische technologie in het algemeen kwamen ook in het gesprek aan de orde.
Angelo De Rosa is vice-president en General Manager Rhythm Management EMEA bij Boston Scientific (BS). Hij houdt zich bezig met alles gerelateerd aan het ritme van het hart. Onderdeel daarvan zijn hartmonitoren, zoals kleine apparaten die onder de huid worden aangebracht, of verwerkt zitten in een pleister die hartritmes registreert. Hartpatiënten starten heel vaak met een diagnostisch apparaat, krijgen dan een passende behandeling en kunnen tegenwoordig soms jaren door een apparaat worden gemonitord.
Ons gesprek met Angelo De Rosa ging met name over dit laatste aspect; zijn visie over ‘on-demand and real-time technologies’ en, zoals hij het graag noemt, ‘connected health’ in het algemeen, nu en in de toekomst.
‘On-demand and real-time technologies’ als sleutelrol voor de behandeling van chronische aandoeningen en vermindering van ongelijkheden
In zijn artikel stelt De Rosa dat oplossingen via ‘on-demand and real-time technologies’ een cruciale rol kunnen spelen bij het vergemakkelijken van de behandeling van chronische aandoeningen, denk aan het gebruik ter ondersteuning van diagnose en screening. Dit is aangetoond tijdens de COVID-19 pandemie, waar deze technologieën essentieel werden als aanvulling op de traditionele face-to-face interactie tussen zorgprofessionals en patiënten.
‘On-demand and real-time technologies’ bleken tijdens de pandemie een effectief alternatief te zijn voor face-to-face consulten of kleine behandelingen in gezondheidscentra, met name voor groepen mensen die met beperkingen te maken hebben bij toegang tot gezondheidscentra vanwege de geografische afstand, leeftijd, fysieke omstandigheden of tijdsbeperkingen.
Door specifieke gezondheidsparameters te meten en de gezondheidsomstandigheden permanent te bewaken, kunnen ‘on-demand and real-time technologies’ een sleutelrol spelen bij het voorkomen van verslechtering van, of zelfs fatale afloop, van die aandoeningen. Om die reden zouden ‘on-demand and real-time technologies’ volgens de Rosa een geïntegreerd onderdeel moeten zijn van zorgsystemen en -beheer.
‘On-demand and real-time technologies’ kunnen de druk op het zorgstelsel verlichten
In zijn artikel haalt De Rosa een onderzoek aan van de Europese Commissie dat aantoont dat in Europa elk jaar vier miljoen mensen sterven als gevolg van een chronische ziekte, hetgeen overeen komt met 85 procent van alle sterfgevallen in de EU. De economische implicatie is groot, daar dergelijke chronische patiënten goed zijn voor 80 procent van alle gezondheidszorgkosten.
De Rosa betoogt in zijn artikel dat ‘on-demand and real-time technologies’ hebben geleid tot de vermindering van de frequentie van ziekenhuisopnames en daarmee het verlagen van de kosten voor zorginstellingen. Een studie in Frankrijk en Duitsland heeft aangetoond dat de digitalisering van de gezondheidszorg kan leiden tot efficiëntiewinsten van ongeveer € 55 miljard. Indien geëxtrapoleerd voor de 27 landen van de EU zou dit neerkomen op € 120 miljard. Zo’n 40 procent hiervan zou kunnen worden gerealiseerd door het ondersteunen van teleconsultatie, bewaking op afstand van chronische ziekten en uniforme elektronische patiëntendossiers (EPD).
‘Connected health’
Tijdens ons gesprek bezigt De Rosa regelmatig de term ‘connected health’. Hij bedoelt hiermee dat patiënten een apparaat hebben, zoals bijvoorbeeld een pacemaker of een defibrillator, waarmee zij dagelijks gegevens naar de Cloud verzenden. Via de Cloud hebben artsen of verwijzers toegang tot die gegevens, kunnen ze waarschuwingen krijgen over vitale functies, of bijvoorbeeld diagnostische tools herprogrammeren.
In het geval van BS zijn momenteel ongeveer 211.000 patiënten aangesloten op een netwerk, genaamd Latitude. Het streven van BS is om alle gegevens van het gehele patiënt behandeltraject te verbinden, dus vanaf het begin van monitoring, de therapie en de follow-up. Dit zou dan allemaal gekoppeld moeten worden in één enkele database, waar AI, machine learning, en alle andere mogelijke innovatieve benaderingen worden toegepast.
Delen van data ligt gevoelig, maar is de toekomst
Het verzamelen en het samenbrengen van gegevens van alle ziekenhuizen is belangrijk om meer inzicht te krijgen en de besluitvorming efficiënter en ook kosteneffectiever te maken stelt De Rosa. Patiënttevredenheid en begrijpen hoe een bepaalde therapie uitwerkt is van cruciaal belang voor zowel fabrikanten van medische apparaten, patiënten, als voor ziekenhuizen.
Hij geeft een voorbeeld van een onderhuids implanteerbaar apparaat. Om te weten of een patiënt hiervoor in aanmerking komt moet een ECG worden gemaakt. Soms moet een patiënt voor deze test wel 200 km reizen naar een bepaald ziekenhuis, om vervolgens te horen krijgen niet in aanmerking te komen voor een dergelijk apparaat. Hoe makkelijk zou het zijn als de ECG digitaal verzonden zou kunnen worden en de fabrikant op basis van AI zou kunnen vertellen of de patiënt in kwestie in aanmerking komt? Als de uitkomst positief is, dan kan er direct een afspraak met de patiënt worden gemaakt voor implantatie en scheelt dit een mogelijk een onnodige reis, met onnodige kosten en een extra teleurstelling.
Pilots worden enthousiast ontvangen maar sterven dan een vroege dood
In Nederland zien we dat bedrijven soms prachtige ideeën hebben en dat ziekenhuizen in de experimentele pilotfase heel enthousiast zijn over het starten van projecten. Echter, vaak is het zo dat als de pilot is afgelopen, de overgang van pilotfase naar daadwerkelijke implementatie mislukt. De Rosa herkent dit probleem. Veel innovaties verwateren omdat het gebruik van oplossingen binnen een ziekenhuis beperkt blijven, of maximaal binnen een land. Adoptie op internationaal niveau is moeilijk te realiseren. Zo zijn er volgens een onderzoeksbureau waar BS mee samenwerkt waarschijnlijk zo’n 160.000 verschillende medische apps in Europa. In Duitsland is getracht dit probleem te reguleren. Daar is van overheidswege een autoriteit, genaamd digitale Gesundheitsanwendungen (DIGA), gecreëerd die specifiek naar medische apps kijkt. Volgens De Rosa heeft DIGA in bijna 2 jaar slechts 38 apps goedgekeurd. Focus op wat er echt toe doet voor clinici en patiënten is daarom essentieel.
Partnership en schaalgrootte zijn essentieel
Naast focussen op wat er echt toe doet is het creëren van een partnerschip, het creëren van een ecosysteem heel belangrijk. Oplossingen moeten echter wel schaalbaar zijn volgens De Rosa.
‘Voor mij is schaal alles om eerlijk te zijn. Vaak daag ik het hele team uit en ik vraag ze: kunnen we het in drie jaar opschalen? Als we het niet kunnen, vergeet het dan, laten we er dan niet eens aan beginnen. Dat is onze aanpak.’
Een probleem waar BS regelmatig bij ziekenhuizen mee wordt geconfronteerd is de connectiviteit. Omdat ziekenhuizen bang zijn dat er gegevens naar buiten komen, kan er vaak geen verbinding gemaakt worden met het netwerk. BS is daarom onlangs een partnerschip aangegaan met Telefónica, een Spaanse telefoonaanbieder die op alle markten in Europa actief is, om samen te werken op het gebied van connectiviteit.
Volgens De Rosa is het probleem dat veel bedrijven alles zelf proberen te doen. In de wereld van digitale gezondheid is dit echter onmogelijk. MedTech bedrijven moeten zich concentreren op waar zij goed in zijn. Voor andere dingen zijn partnerschips de sleutel. Om die reden is er binnen BS een interne groep, ‘healthcare solutions & partnerships’, in het leven geroepen. Deze afdeling denkt in de eerste plaats na over de hele oplossing en gaat partnerships aan met ziekenhuizen en andere bedrijven om oplossingen schaalbaarder te maken. ‘Voor mij is schaal alles om eerlijk te zijn. Vaak daag ik het hele team uit en ik vraag ze: kunnen we dit in drie jaar opschalen? Als we het niet kunnen, vergeet het dan, laten we er dan niet eens aan beginnen. Dat is onze aanpak.’
Samenwerking met vergelijkbare bedrijven is erg lastig
Bij samenwerking met een bedrijf als Telefónica, hebben we te maken met een bedrijf dat een hele andere markt bedient dan BS, maar hoe staat het met samenwerking en/of partnerships met bedrijven zoals bijvoorbeeld Medtronic of Philips die in een vergelijkbare markt opereren? Het verzamelen van informatie is een ding, maar uiteindelijk gaat het immers om de output voor de patiënt en de output voor de dokter-patiënt relatie.
In de ideale wereld zou het delen van dergelijke informatie het proces van kennisverrijking enorm kunnen versnellen, maar de praktijk is volgens De Rosa helaas toch anders. Bij het op het op afstand monitoren van patiënten hebben bedrijven als, Medtronic, Abbott en BS zich samen ingespannen om dat proces op gang te brengen vanwege een voordeel voor alle patiënten, maar als het om andere specifieke oplossingen gaat, wordt het ingewikkelder. Omdat MedTech een sterk gereguleerde omgeving is, is het buitengewoon moeilijk om gegevens tussen verschillende bedrijven te matchen.
‘Elke keer als er een nieuw apparaat van GE of Siemens komt willen ze er eerst voor zorgen dat hun eigen technologie superieur is en pas daarna komt het delen met andere systemen.’
BS zou onder meer willen samenwerken met beeldvormingsbedrijven, om zo een database van beelden op te bouwen. Bedrijven als GE, Philips en Siemens concurreren echter met elkaar en zijn daar daarom niet echt in geïnteresseerd. ‘Elke keer als er een nieuw apparaat van GE of Siemens komt willen ze er eerst voor zorgen dat hun eigen technologie superieur is en pas daarna komt het delen met andere systemen.’
Betere diagnostiek moet leiden tot duurzame gezondheidszorg en vergoedingssysteem moet worden herzien
Volgens De Rosa zal iedereen het er mee eens zijn dat vroege detectie, door nauwkeuriger diagnostiek, geld bespaart. Het inperken van het aantal diagnostische interventies is de enige manier om in de toekomst duurzaam te zijn. Maar ook het vergoedingssysteem moet daarbij worden herzien.
‘Ik vind dat het hele vergoedingssysteem moet worden herzien’
Verschillende landen hebben natuurlijk verschillende verzekeringssystemen. Er zijn landen met een systeem waarbij medische ingrepen per procedure worden vergoed. Dat helpt de discussie over de uitkomst niet, want ziekenhuizen worden uiteindelijk betaald voor de activiteit die ze uitvoeren. Ze worden niet betaald op basis van het succespercentage. De Rosa vindt dat het hele systeem moet worden herzien. Zijn ervaring met Nederlandse verzekeringsmaatschappijen is positief; zij staan open om over nieuwe modellen te discussiëren en te focussen op resultaten.
Deze positieve noot vormde een mooie afsluiting van het gesprek met Angelo De Rosa. Heeft u ook een visie over hoe de gezondheidszorg verbeterd zou kunnen worden, aarzel dan niet om contact op te nemen met onze redactie via redactie@medtechnederland.nl. Graag nemen we kennis van uw ideeën en mening en wellicht is dit de basis voor een volgend artikel of podcast?
Bron: Axon Healthcare, Boston Scientific, Europese Commissie (EC), Healthcare Information and Management Systems Society (HIMSS), MDDI Online, National Center for Biotechnology Information (NCBI), SmartHealth