Terug van de zomervakantie en met de Tweede Kamerverkiezingen van 17 maart 2021 in het vooruitzicht hebben diverse instanties in het zorglandschap hun toekomstvisie en ambities voor de komende jaren gepresenteerd. Zo ook de organisaties die de innovatieve geneesmiddelenbedrijven en de lifescience sector representeren, respectievelijk de Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG) en HollandBIO.

Terug van de zomervakantie en met de Tweede Kamerverkiezingen van 17 maart 2021 in het vooruitzicht hebben diverse instanties in het zorglandschap hun toekomstvisie en ambities voor de komende jaren gepresenteerd. Zo ook de organisaties die de innovatieve geneesmiddelenbedrijven en de lifescience sector representeren, respectievelijk de Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG) en HollandBIO.

Een gedeelde ambitie hierbij luidt dat Nederland op het terrein van health innovatie koploper zou moeten worden, gepositioneerd als ‘medicijnhub van Europa’. Nederland kan dé internationale proeftuin worden voor het sneller en beter ontwikkelen en toepassen van nieuwe behandelingen, healthcare innovaties en preventieve interventies. Om dit echter te bewerkstelligen, zo geeft men aan, moet er nog wel een en ander in Nederland veranderen …

De ambitieuze toekomstagenda’s voor de geneesmiddelen- en life sciences branche vergen ingrijpende aanpassingen in het huidige zorgsysteem en ondernemingsklimaat. Het debat over ontwikkelaars van vaccins, (nieuwe) geneesmiddelen en andere interventies is vaak gepolariseerd en zeker ook gepolitiseerd. Zo sneeuwt het feit dat de totale uitgaven aan geneesmiddelen al jarenlang een redelijk stabiel aandeel uitmaakt van de zorgkosten vaak onder, door de sterke focus in het publieke debat op een hele kleine groep extreem dure therapieën.

Beleid met verschillende accenten

Wanneer het gaat om beleid omtrent het investeren in deze branche, hebben een aantal ministeries verschillende prioriteiten. Hoewel deze perspectieven niet zozeer haaks op elkaar staan, wringen ze wel.

Zo ligt bij VWS de focus op het beheersen van zorguitgaven en (meer) maatschappelijk verantwoorde prijsstellingen van geneesmiddelen. EZK legt vooral accent op innoveren en ondernemerschap, waarbij het streven is om tot meer private investeringen in de health & life science sector te komen. Onlangs gaf Mona Keijzer (EZK) nog een toelichting aan de Kamer op een rapport omtrent ‘maatschappelijk verantwoord licentiëren’. In dit rapport worden de perspectieven van beide ministeries toegelicht.  

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat bestempelt (pdf) de biotechnologie als een sleuteltechnologie in de ontwikkeling van medicijnen en vaccins en als antwoord op maatschappelijke uitdagingen waar we als Nederland voor staan. Het onderwerp werd mede actueel door de verordening van de Europese Commissie inzake klinische trials en toediening van medicinale producten voor humaan gebruik met genetisch gemodificeerde organismen voor behandeling of preventie van ziekte door het coronavirus. Het ministerie zet in op drie sporen van het innovatietraject, nl. Europees agenderen van de noodzaak voor herziening van de EU regelgeving, de samenleving betrekken om maatschappelijk draagvlak te creëren, en de stakeholders betrekken bij de vormgeving van het verdere biotechnologiebeleid.

Zoals eerder aangehaald is het beleid rondom investeringen in de ontwikkeling van medicijnen en vaccins sterk gepolitiseerd, zeker als het gaat om de eventuele bekostiging met publiek geld. Wel of geen toelating van marktwerking; het zijn allemaal onderwerpen waar de meningen in Den Haag erg over zijn verdeeld.

Stimulering van ondernemerschap

Nederland staat met haar toonaangevende kennisinstellingen van oudsher bekend om ondernemerschap en kennis. Om deze positie te behouden, pleiten zowel de VIG en HollandBIO voor integrale- en lange termijn investeringen in de kennis(economie) en in talent. Nederland heeft een goede uitgangspositie voor life sciences ondernemerschap. Er is een levendig ecosysteem van biofarmaceutische bedrijven, kennisinstellingen, universiteiten en ziekenhuizen op een relatief klein oppervlak aanwezig. Dit is ook nog eens uniek binnen Europa.

Verder beschikt Nederland over een goed opgeleide bevolking, een uitstekende infrastructuur (fysiek, ICT en logistiek) en is ze het gastland van belangrijke Europese instellingen zoals het Europees Octrooibureau en de EMA. Kortom, Nederland beschikt over alle ingrediënten die voor een bloeiende innovatieve biotech- en geneesmiddelensector cruciaal zijn.

Toch zien zowel de VIG als HollandBIO, dat niet alle mogelijkheden en kansen ten volle worden benut. De VIG had al eerder een 8 puntenplan gepresenteerd om de ontwikkeling van geneesmiddelen te stimuleren. In het  verkiezingsmanifest (pdf) van HollandBIO worden de volgende aanbevelingen gedaan om ondernemerschap in de life sciences te bevorderen:

  • Stimuleren van ambitie rond valorisatie en het ondernemerschap binnen kennisinstellingen.
  • Zorgen voor betere financieringsmogelijkheden. Reguliere kredietverstrekkers vinden de sector meestal te risicovol, private investeerders stappen vaak pas later in en publieke instrumenten schieten tekort.
  • Zorgen voor een aantrekkelijk klimaat voor vestiging en onderzoek. De Wet Bevordering Speur- en ontwikkelingswerk (WBSO) kan daarin een belangrijke rol spelen, omdat die het uitvoeren van R&D activiteiten stimuleert voor zowel startups als multinationals.
  • Stroomlijnen van beleid, wet- en regelgeving, zoals bijvoorbeeld het omlaag brengen van doorlooptijden voor vergunningverlening van klinisch onderzoek met cel- en gentherapieën.

De VIG heeft in haar acht puntenplan tevens een oproep gedaan voor het oprichten van een ‘Geneesmiddel Regieorgaan’, met vertegenwoordigingen uit overheden, en de farmaceutische-, chemische- en distributiesectoren om op die manier de gezamenlijke ambities te realiseren. Ook Carla Vos van de VIG beaamt dat dit de route is naar het bewerkstelligen van vooruitgang.

‘’Met elkaar vorm geven aan gemeenschappelijke ambities voor een goede en betaalbare zorg voor alle Nederlanders en daarbij interesse hebben voor elkaars wereld en open staan voor argumenten dat is wat ons betreft de weg vooruit!” Carla Vos (VIG)

Bovenal geeft HollandBIO’s Annemiek Verkamman desgevraagd aan dat Nederland zijn excellente kennis meer voor zich moet laten werken.

“Nederland heeft topkennis in huis, maar binnen de Life Sciences sector vertaalt deze wetenschappelijke impact zich nog onvoldoende in nieuwe bedrijven die worden opgericht en Nederlandse producten die in ontwikkeling zijn. Deze innovaties moeten we het lab uit en de samenleving in krijgen.” Annemiek Verkamman (HollandBio)

Ontwikkeling van een toekomstbestendig geneesmiddelenbeleid

In de afgelopen jaren zijn geavanceerde behandelingen als cel- en gentherapieën definitief doorgebroken. Nederland is echter op diverse vlakken nog niet ingericht op het ontwikkelen, inzetten en vergoeden van deze nieuwe categorie behandelingen, ook wel Advanced Therapy Medicinal Products (ATMP’s) genoemd. HollandBIO en de VIG doen ieder verscheidene voorstellen om van Nederland een internationale koploper, of het ‘Boston van Europa’ (pdf) te maken, zoals:

  • Snellere goedkeuring voor de start van klinisch onderzoek, zowel voor nieuwe behandelingen, zoals gen- en celtherapie, als specifiek voor het fase 1 onderzoek. De VIG vraagt om goedkeuring binnen een maand. HollandBIO is blij met de eerste stappen die er zijn gezet, maar vraagt ook om een lerend systeem in de wet- en regelgeving en wil toe naar een situatie waarin één commissie een integraal oordeel velt over de medische en milieurisico’s van ggo’s, zodat toepassingen zo snel mogelijk beoordeeld kunnen worden.
  • Creëren van nieuwe modellen voor registratie, beoordeling en vergoeding van nieuwe behandelingen en zorgdragen voor de praktische inbedding in het zorgsysteem.
  • Beter laten aansluiten van bestaande Nederlandse routes en methoden voor registratie, beoordeling en vergoeding op de Europese EMAroutes voor voorwaardelijke en versnelde toegang.
  • Modernisering van het beoordelingskader van het Zorginstituut, voor met name gepersonaliseerde behandelingen.
  • Nederland innovatiever en sterker maken door in Nederland biofarmaceutische middelen niet alleen te ontwikkelen, maar ook te produceren.

Wat het laatste punt betreft heeft met name de coronapandemie duidelijk gemaakt dat Nederland niet langer afhankelijk wil zijn van medicijnen uit China en India. Er is dan ook veel steun vanuit de Tweede Kamer en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) om de productie en de ontwikkeling van medicijnen en vaccins in Europa (en specifiek ook in Nederland) te versterken.

Bovendien wijst HollandBIO erop dat er lessen zijn te trekken uit de coronacrisis, waarin de Europese Commissie het initiatief nam tot een noodverordening waarmee zij een milieuvergunning voor vaccins of behandelingen tegen COVID-19 op basis van ggo’s overbodig maakt. Ook daarin kan de Europese route Nederland helpen.

De VIG heeft daarnaast nog vier belangrijke oproepen voor de overheid en streeft naar:

  • een ambitieus akkoord met de overheid over de groei van het geneesmiddelenbudget als onderdeel van de totale zorg.
  • de ontwikkeling van toekomstbestendige criteria voor markt- en pakkettoelating en voorspelbare, transparante en toekomstbestendige markt- en pakkettoelating procedures.
  • behoud van het geregistreerde geneesmiddel als uitgangspunt in het geneesmiddelenbeleid.
  • behoud en versterking van een aantrekkelijk systeem van intellectueel eigendom in Nederland.

‘Deltaplan preventie’

Onder het alom bekende motto ‘voorkomen is beter dan genezen’ pleiten zowel HollandBIO als de VIG, ieder op hun eigen wijze, voor een stevige samenwerking binnen de gehele keten om toekomstige uitdagingen voor te zijn en het hoofd te bieden. Of het nu gaat om de bestrijding van een nieuw virus, toenemende antibioticaresistentie, of andere uitdagingen op het vlak van de volksgezondheid, partijen in het veld hebben elkaar nodig. Belangrijk onderdeel hierbij is het beleid ter bevordering van vaccinatieontwikkeling. Zo draagt HollandBIO een aantal verbeterpunten op het gebied van vaccinaties aan:

  • Tijdige advisering over en implementatie van vaccins. Ieder geregistreerd vaccin zou direct van een advies moeten worden voorzien m.b.t. de plek die zij in het stelsel krijgt. Nu duurt het vaak jaren voordat de Gezondheidsraad met een advies komt.
  • Advies van de Gezondheidsraad en het RIVM parallel laten plaatsvinden, zoals in het Verenigd Koninkrijk.
  • Zorgen voor een route op maat voor elk vaccin, met een daarbij horende communicatie naar de doelgroep. Een dergelijke route ontbreekt nu nog. Apothekers zouden dan, net zoals in andere Europese landen, mogelijk een rol kunnen spelen in het laagdrempeliger aanbieden van vaccinatie.
  • Zorgdragen voor duidelijkere communicatie en voorlichting over vaccinaties buiten de bestaande overheidsprogramma’s.

Nog veel werk aan de winkel …

Om al deze ambitieuze plannen ook gerealiseerd te zien in de nabije toekomst, moet er nog veel gebeuren. Misschien dat het gezamenlijk onderschrijven van deze ambitie door de 3 betrokken ministeries de neuzen dezelfde kant op zet, hetgeen een goede boost kan geven aan het vormgeven van ‘Boston aan de Noordzee’. Eerst maar eens de aanloop naar de verkiezingen nemen. Het blijft de vraag in hoeverre politieke partijen open staan voor dergelijke ambities vanuit de sector en of zij al dan niet vasthouden aan eigen retoriek in het publieke debat. Maatschappelijk draagvlak en electoraal gewin staan hierbij centraal. Na 17 maart 2021 zal blijken welke speerpunten in het regeerakkoord opgenomen gaan worden.

Bron: Bron: Axon Healthcare, Health~Holland, HollandBIO, Rijksoverheid, Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG)