Minister Bruins heeft gereageerd op de visie van D66-Kamerlid Dijkstra ‘Voor één gezonde Europese geneesmiddelenmarkt’. Op veel punten zag hij zijn reeds ingezette beleid bevestigd, maar hij was niet te beroerd om enkele knelpunten nogmaals toe te lichten. De constante aansporingen vanuit de Tweede Kamer laten zien hoe de politiek verder wil gaan dan de minister, maar Bruins toont ook op welke praktische bezwaren hij veelal stuit.
Coalitiepartij D66 toont zich in het geneesmiddelenbeleid medestander van enkele initiatieven vanuit de linkse oppositie (GroenLinks, PvdA, SP). In de visie (pdf) – daags voor de Europese verkiezingen gelanceerd – doet het Tweede Kamerlid Pia Dijkstra een zestal voorstellen ‘om de controle als politiek en overheid in handen te krijgen’. Minister Bruins heeft daar nu kort op gereageerd (pdf).
Gezamenlijke prijsonderhandeling
De VWS-bewindsman wees op het BeNeLuxA-verband dat onder meer samenwerkt op de klinische beoordeling van geneesmiddelen (HTA). Bruins benadrukt ook nogmaals het International Horizon Scanning Initiative (IHSI), waar Canada en Zweden in geïnteresseerd zijn. Tot gezamenlijke onderhandelingen met fabrikanten komt het overigens nauwelijks. Er geldt immers geen verplichting (fabrikanten werken enkel op vrijwillige basis mee) en Bruins signaleert enige ‘koudwatervrees’.
Meer prijstransparantie
De Kamer worstelt met de geheime prijsonderhandelingen, maar Bruins kan niet anders. Hij is gedoemd tot vertrouwelijkheid, want hij wil voorkomen dat een middel anders niet beschikbaar komt. Eerder werd in de Tweede Kamer een motie van Dijkstra die Bruins tot meer openbaarheid moet bewegen om die reden verworpen.
Patentrecht aan banden
Als het gaat om kennisdeling hangt de minister het motto ‘open als het kan, gesloten als het moet’ aan. ‘Tegelijk is vanuit het innovatie-oogpunt intellectueel eigendom ook belangrijk’, aldus Bruins. Voorkomen moet worden dat de prikkel verdwijnt om een risicovol en langdurig traject van geneesmiddelenonderzoek aan te gaan.
Een verbod op vervolgoctrooien is volgens Bruins, die hiermee in herhaling valt, dan ook geen oplossing. Wel moet het bij dergelijke beschermingsconstructies gaan om nieuwheid en inventiviteit. Voor de steeds ruimer wordende Aanvullende Beschermingscertificaten (ABC’s) wil de bewindsman dan ook terugkeren naar de ‘originele intentie van de verordening’ (namelijk bedoeld voor nieuwe werkzame stoffen).
Optreden tegen monopolies
De marktmacht van farmaceuten is veel politici een doorn in het oog. Ook Bruins haast zich te zeggen dat er geen misbruik gemaakt mag worden van een economische machtspositie. Hier vraagt de bewindsman aandacht voor bij zowel de ACM als de Europese Commissie. Bruins wees op het recente ACM-onderzoek naar de reumamarkt. Het dreigen met voorwaardelijke inkoopkortingen, zoals de ACM constateert, keurt Bruins af. Volgens de minister onderzoekt de toezichthouder enkele zaken ‘op het gebied van mogelijk excessieve prijzen’ en ‘mogelijke uitsluiting van concurrenten’.
Beperking van prijsverhoging
D66 oppert een maximumpercentage voor prijsverhogingen na overname van een medicijn. De VWS-leidsman is daar kort over: hij ‘kan private partijen geen maximale prijs of prijsverhoging voor een geneesmiddel opleggen gekoppeld aan een overname’. Fijntjes wijst hij erop dat medicijnprijzen wel gemaximeerd zijn via de Wgp, die overigens binnenkort gewijzigd wordt.
Nepweesgeneesmiddelen aanpakken
Het aanpassen van de weesgeneesmiddelenverordening is een wens die Bruins ook al langer heeft. Dit punt van Dijkstra neemt hij ‘mee in de Europese discussie’, wat zoiets betekent als: ik wil wel, maar anderen zijn nog niet zo ver (‘u weet welke dat zijn, waar de industrie groot is’ – zo sprak Bruins daar eerder deemoedig over).